Voorkom beleggingsblunders als het gevolg van het eind van een lijngrafiek

23 juni 2015

We handelen particulier in aandelen, maken gebruik van beleggingshypotheken en hebben de kans om op de aandelenmarkt een goed pensioen bij elkaar te beleggen. Om de markt of specifieke beleggingsproducten in kaart te brengen maken we gebruik van grafieken, die op handige wijze een grote hoeveelheid informatie overzichtelijk maken. Een goed voorbeeld hiervan is de lijngrafiek, die de ontwikkelingen van bijvoorbeeld de laatste dagen, weken of maanden aangeeft. Onderzoek van Duclos (2015) toont echter aan dat de grafische weergave van psychologische invloed kan zijn op onze beslissingen. We stemmen ons consumentengedrag onbewust af op de richting die een lijngrafiek aan het einde aanduidt. Hoe je daar in de praktijk goed mee om kunt gaan? Ik duik er als consumentenpsycholoog voor je in.

We zijn ons over het algemeen goed bewust van het feit dat we geen financieel experts zijn, meer dan 40% van de Amerikanen geeft zichzelf niet eens een voldoende (Harris Interactive Inc, 2011). Toch beleggen we op grote schaal; met een eigen beschikbaar kapitaal, binnen onze hypotheek of voor een aanvullend pensioen. We begrijpen doorgaans dat we binnen investeringen risico en rendement tegen elkaar af dienen te wegen; maar op basis waarvan maken we de daadwerkelijke investeringsbeslissingen? Duclos (2015) beschrijft in zijn artikel ‘The psychology of investment behavior: (de)biasing financial decision-making one graph at a time’ verschillende experimenten die de invloed van een lijngrafiek aantonen, met de nadruk op het einde hiervan. Grafieken vormen de meest gebruikte methode om financiële gegevens inzichtelijk te maken (Raghubir & Das, 2010); de lijngrafiek vormt daarbinnen een bijzonder aantrekkelijk middel. Het is daarom van groot belang dat we hier goed mee omgaan en ons bewust zijn van de mogelijke invloed hiervan. Het is immers bekend dat we als investeerders niet rationeel handelen (Kahneman, 2003); we hebben bijvoorbeeld last van loss aversion en maken veel gebruik van heuristieken (Huberman, 2001).

Grafische weergave van financiële gegevens

Het genoemde artikel gaat in op het effect van het eind van (lijn)grafieken op onze inschatting van de waarde van bepaalde investeringen en op de investeringsbeslissingen die we maken. Een oplopende of dalende beweging aan het eind van de grafiek blijkt van invloed te zijn op de beslissing die we nemen, ondanks dat de bewegingen van bijvoorbeeld de laatste uren of dagen nauwelijks tot geen extra toegevoegde informatieve waarde hebben ten opzichte van de rest van de grafiek.

Dit blijkt onder andere te maken te hebben met het feit dat we als mensen geneigd zijn gedrag of bewegingen vanuit het verleden voorspellende waarde mee te geven met betrekking tot de toekomst (vandaar ook de bekende waarschuwing ‘resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst’). We hebben echter automatisch en onbewust het idee dat gebeurtenissen elkaar logisch op zullen volgen, we hebben grote moeite om onzekerheid op de juiste wijze in te schatten. Dit leidt ertoe dat we recente informatie grotendeels overschatten en te weinig rekening houden met eerdere informatie of de base rate (DeBondt & Thaler, 1987). We noemen dit ook wel ‘end-anchoring’, we houden ons teveel vast aan het ‘einde van de informatiereeks’.

Daarnaast wordt financiële informatie over bijvoorbeeld de koers van een aandeel vaak vormgegeven in een doorlopende lijngrafiek, in plaats van in bijvoorbeeld een staafdiagram met ruimte tussen de staven. De lijn zorgt er visueel voor dat we een doorlopende beweging herkennen, wat ons brein ertoe aanzet om de lijn psychologisch als het ware alvast door te trekken. Beweegt de koers de laatste dagen onder een hoek van 10 graden omlaag? Dan trekken we de lijn vanuit het einde alvast een stukje door, waardoor we een verdere daling zullen verwachten. Binnen een staafdiagram hebben we daar veel minder last van. De afgelopen 3 dagen zien er dan uit als separate ontwikkelingen, we hebben minder de neiging om de ingezette beweging door te trekken, we hebben het gemakkelijker om de verschillende koersbewegingen los van elkaar te zien.

De invloed van een grafiek op onze beslissingen

Uit vijf verschillende experimenten blijkt dat we inderdaad teveel waarde hechten aan het laatste stukje informatie, een dalende lijngrafiek zorgt voor een negatieve verwachting over de koersontwikkeling, zelfs wanneer het eerdere verloop, de marktsituatie of de bedrijfsgegevens daar geen aanleiding voor geven. De experimenten geven bovendien aan dat dit te maken heeft met een visuele bias, een psychologische ‘fout’ die we maken vanwege de wijze waarop onze hersenen de grafiek interpreteren. We investeren hierdoor op basis van een grafische invloed, in plaats van op basis van de onderliggende financiële gegevens. Er is overigens wel sprake van een limiet, wanneer de koers zich de afgelopen 3 eenheden (dagen, weken, maanden) in een bepaalde richting beweegt zullen we steeds meer een ommekeer verwachten. Dat beschrijft echter natuurlijk opnieuw een vergelijkbare visuele bias, alleen op een andere manier. Onze beslissing is dan immers nog steeds vooral gebaseerd op de visuele weergave en veel minder op de onderliggende financiële waarden. Je kunt dit vergelijken met onze verwachting dat er in het casino na 3x rood toch echt een keer zwart zal moeten vallen, terwijl kans tot op de dag van vandaag geen geheugen heeft en de mogelijkheid tot rood of zwart volledig willekeurig blijft; iedere keer opnieuw.

Advies voor in de praktijk

Op basis van de resultaten uit de experimenten is het verstandig om voorzichtig om te gaan met de interpretatie van financiële gegevens, op basis van een (lijn)grafiek. Heb je een lijngrafiek voor je en wil je op basis daarvan een investeringsbeslissing maken? Het is verstandig om de numerieke gegevens erbij te pakken, het onderzoek toont aan dat je dan minder tot geen last hebt van de genoemde bias. Je hersenen krijgen niet de kans om een bepaalde lijn door te trekken, waardoor je je zal moeten baseren op de daadwerkelijke gegevens. Je bent minder geneigd om op basis van de ontwikkeling van de laatste dagen of maanden een mogelijk verkeerde beslissing te nemen.

Gaat het om de interpretatie van veel gegevens en ontkom je niet aan een grafische weergave? Maak dan gebruik van een staafdiagram, niet te verwarren met een histogram. Bij een staafdiagram is er sprake van ruimte tussen de ‘staven’, iets dat je brein helpt om de ontwikkelingen gedurende de verschillende tijdsmomenten los van elkaar te zien. Je voorkomt op die manier dat je automatisch en onbewust een ‘ontwikkeling’ gaat zien, zodat je je kunt baseren op de gegevens die er daadwerkelijk toe doen.

Bronnen

DeBondt, W. F. M., & Thaler, R. H. (1987). Further evidence on investor overreaction and stock market seasonality. Journal of Finance, 42, 557–581.

Duclos, R. (2015). The psychology of investment behavior: (De)biasing financial decision-making one graph at a time. Journal of Consumer Psychology, 25, 317-325.

Harris Interactive Inc (2011). The 2011 consumer financial literacy survey final report. http://www.nfcc.org/newsroom/FinancialLiteracy/files2011/NFCC_2011Financial%20LiteracySurvey_FINALREPORT_033011.pdf (Gedownload op 14 juni 2015, van de National Foundation for Credit Counseling website)

Huberman, G. (2001). Familiarity breeds investment. Review of Financial Studies, 14, 659–680.

Kahneman, D. (2003). Maps of bounded rationality: Psychology for behavioral economics. American Economic Review, 93, 1449–1475.

Raghubir, P., & Das, S. R. (1999). The psychology of financial decision- making: A case for theory driven experimental enquiry. Financial Analysts Journal, 55, 56–79.

You Might Also Like

No Comments

Leave a Reply